Inleiding
Romeinse cijfers zijn een numeriek systeem dat ontwikkeld is in het oude Rome. In plaats van de meer gebruikelijke cijfers die we nu gebruiken (de Arabische cijfers), gebruiken Romeinse cijfers combinaties van letters uit het Latijnse alfabet om waarden uit te drukken.
De belangrijkste Romeinse cijfers
- I = 1
- V = 5
- X = 10
- L = 50
- C = 100
- D = 500
- M = 1000
Regels voor het vormenen van getallen
Herhaling: Cijfers mogen herhaald worden om een waarde op te bouwen. Bijvoorbeeld: II = 2 en XXX = 30.
Aftrekken: Een kleiner cijfer voor een groter cijfer plaatsen betekent aftrekken. Bijvoorbeeld: IV = 4 (5 – 1) en IX = 9 (10 – 1).
Optellen: Een kleiner cijfer na een groter cijfer plaatsen betekent optellen. Bijvoorbeeld: VI = 6 (5 + 1) en XI = 11 (10 + 1).
Voorbeelden
- II = 2
- VIII = 8
- XII = 12
- XL = 40
- LXXX = 80
- CC = 200
- MD = 1500
Geef een reactie